Bodega Codorníu – Een reis door bubbels, geschiedenis en Catalaanse ziel
Poort naar een andere wereld
De zon stond nog laag boven de Penedès, maar de voorjaarswarmte hing nog boven de Catalaanse wijnranken. Terwijl we, na een half uurtje rijden vanaf Torre Nova Resort, het stadje Sant Sadurní d’Anoia binnenreden, het kloppende hart van de cava-industrie, doemde al van verre de monumentale ingang van Bodega Codorníu op.
Een lange oprijlaan, geflankeerd door cipressen, leidde naar een poortgebouw dat meer weg had van een paleis dan van een wijnhuis. Geen wonder: Codorníu is niet zomaar een bodega, het is een stukje Catalaans erfgoed. Hier begon het verhaal van de cava zoals we die vandaag kennen – en vandaag gaanwe het zelf beleven.
Een geschiedenis die teruggaat tot de 16e eeuw
Bij binnenkomst in het bezoekerscentrum werden we verwelkomd door onze gids, Marta, die ons meteen meenam naar een grote maquette van het domein. “Codorníu is niet alleen de oudste cava-producent van Catalonië,” vertelde ze, “maar ook een van de oudste familiebedrijven van Spanje.” De wortels gaan terug tot 1551, toen Jaume Codorníu begon met het maken van wijn.
De echte revolutie kwam echter in 1872, toen Josep Raventós – schoonzoon van de Codorníu-familie – de eerste flessen mousserende wijn volgens de méthode traditionnelle in Spanje produceerde. Daarmee legde hij de basis voor wat later simpelweg ‘cava’ zou gaan heten. De naam is afgeleid van de ondergrondse kelders (cavas), waarin de wijn rijpt.
De hand van een meesterarchitect
Voor we ook maar één druif zagen, bracht Marta ons naar het meest indrukwekkende gebouw van het domein: de modernistische kelders ontworpen door Josep Puig i Cadafalch, een van de grote namen naast Gaudí.
Het gebouw, voltooid in 1915, is een waar meesterwerk van de Catalaanse modernisme-stijl: bakstenen bogen, kleurrijke mozaïeken en hoge ramen die zacht licht binnenlaten. Zelfs als je niets om wijn zou geven, zou je hier voor de architectuur al uren kunnen rondlopen. Het voelde alsof de muren zelf verhalen fluisterden van generaties wijnmakers.
De wijngaarden – bron van alles
We stapten in een elektrisch treintje dat ons meenam naar de rand van het domein, waar rijen druivenranken zich uitstrekten tot aan de horizon. In de Penedès-regio heerst een mediterraan klimaat met warme, droge zomers en milde winters – perfect voor de druivenrassen macabeo, parellada en xarel·lo, de klassieke drie-eenheid voor cava.
De xarel·lo druif geeft structuur en body aan de cava,” legde ze uit. “Parellada brengt frisheid, macabeo zorgt voor aroma’s.” Het samenspel van deze druiven, gecombineerd met kalkrijke bodems, is wat de Penedès cava zijn unieke signatuur geeft.
De geboorte van bubbels
Terug in het hoofdgebouw begon het technische deel van onze tour. In een glanzende productieruimte vol roestvrijstalen tanks legde Marta uit hoe de método tradicional werkt: eerst wordt een basiswijn gemaakt, waarna er een tweede gisting op fles plaatsvindt. Die tweede gisting is het geheim achter de fijne, elegante bubbels van cava.
Het proces klinkt simpel, maar vraagt ongelooflijk veel geduld. Sommige prestige-cava’s van Codorníu rijpen wel meer dan tien jaar op de droesem voordat ze worden gedegorgeerd. “Wij maken geen haast,” zei Marta met een glimlach. “Tijd is ons kostbaarste ingrediënt.”
De ondergrondse kathedraal
En toen kwam het magische moment: we daalden af naar de kelders. In totaal beslaan deze gangen maar liefst 30 kilometer onder de grond, verdeeld over meerdere niveaus. Het voelde alsof we een ondergrondse stad betraden – een kathedraal van wijn, waar de lucht koel en licht vochtig is.
Langs de muren lagen tienduizenden flessen, keurig schuin geplaatst in pupitres. Sommige dateren van oogstjaren die we alleen uit geschiedenisboeken kennen. In het zachte licht leek het alsof de tijd hier langzamer ging.
Op een stil plekje liet Marta ons luisteren. “Hoor je het?” Inderdaad, er klonk een subtiel geknisper. “Dat is de tweede gisting,” fluisterde ze. “Je luistert naar de geboorte van bubbels.”
Een rit door de geschiedenis
Omdat de kelders zo immens zijn, stapten we in een klein treintje dat ons door de gangen voerde. Terwijl we langs stapels flessen reden, projecteerden schermen korte films over de familiegeschiedenis, de technologische evolutie en de hoogtepunten van het bedrijf.
We leerden dat Codorníu niet alleen pionierde in productie, maar ook in marketing. Al in de jaren ’20 en ’30 werden hun affiches ontworpen door beroemde kunstenaars, waardoor cava een symbool werd van moderniteit en levensvreugde in Spanje.
De proeverij – een les in finesse
Na al die indrukken was het tijd voor het hoogtepunt: de proeverij. In een lichte, moderne zaal stonden drie glazen klaar: een Codorníu Clasico Brut, een Gran Plus Ultra Chardonnay en de Anna de Codorníu Blanc de Blancs.
- Clasico Brut: fris, met aroma’s van groene appel en een vleugje citrus. Perfect als aperitief.
- Gran Plus Ultra Chardonnay: rijker, met tonen van tropisch fruit, vanille en geroosterd brood – een cava met gastronomische ambities.
- Anna de Codorníu Blanc de Blancs: elegant en verfijnd, genoemd naar Anna, de laatste erfgename van de familie Codorníu, die in de 17e eeuw trouwde met Miquel Raventós.
We leerden hoe je cava het best beoordeelt: eerst kijken naar de kleur en de fijne pareling, dan ruiken, en pas daarna een slok nemen en even in de mond laten rollen om alle smaken vrij te laten komen.
Lunch tussen de wijngaarden
Na de proeverij kozen we voor een lunch op het terras, met uitzicht op de druivenranken. Het menu was een ode aan de Catalaanse keuken: pa amb tomàquet met jamón ibérico, gegrilde groenten, en als hoofdgerecht langzaam gegaarde lamsbout, begeleid door – uiteraard – een glas prestige-cava.
Het mooiste moment kwam toen een lichte bries de geur van lavendel en druivenbladeren naar ons tafeltje bracht. In de verte zagen we de bergen van Montserrat. Alles klopte.
Meer dan wijn – een cultureel erfgoed
Wat ons tijdens het bezoek het meest trof, was hoe Codorníu zijn identiteit bewaart. Ja, het is een commercieel succesverhaal, maar het is ook een bewaarder van traditie, architectuur en familiegeschiedenis. Zelfs nu het bedrijf deel uitmaakt van een grotere groep, voel je overal de trots op de Catalaanse roots.
Marta vertelde dat er regelmatig culturele evenementen worden georganiseerd: concerten in de tuinen, kunstexposities in de kelders, en gastronomische avonden waarbij chef-koks nieuwe gerechten koppelen aan historische jaargangen.
Praktische tips voor een bezoek
- Reserveren: Vooral in het hoogseizoen is vooraf boeken van een tour een must.
- Tijd nemen: Reken minimaal 2 à 3 uur voor de volledige tour, inclusief proeverij.
- Combineren: Een bezoek aan Codorníu is perfect te combineren een wandeling in de omliggende wijngaarden.
- Beste moment: De oogstperiode in september is extra bijzonder, omdat je de druivenpluk live kunt zien.
Bubbels met een ziel
Toen we aan het einde van de middag weer in de auto stapten, voelde het alsof we een stukje Catalaanse ziel mee terug naar Torre Nova namen. Codorníu is meer dan cava; het is een verhaal van familie, van pioniersgeest, van vakmanschap en van het geduld dat nodig is om iets écht moois te creëren.
Elke slok cava die hier vandaan komt, draagt die geschiedenis met zich mee – van de zonovergoten hellingen van de Penedès tot de koele stilte van de ondergrondse kelders. En dat maakt een bezoek aan Codorníu niet alleen een uitje, maar een herinnering die blijft bruisen.